Hulpmiddelen bij diabetes
Voor diabetes zijn er hulpmiddelen om uw bloedsuiker te meten en insuline te spuiten. BENU levert een compleet assortiment diabetesmaterialen van de beste kwaliteit. Deze bezorgen wij bij u thuis.
Vergoeding
Met een recept of voorschrift van uw arts of specialist krijgt u het diabetesmateriaal vergoed door uw zorgverzekeraar. Zorgt u voor het recept? Dan regelt BENU de rest.
Keuzehulp
In overleg met uw arts zoekt onze gespecialiseerde diabetesverpleegkundige samen met u naar de best passende diabeteshulpmiddelen. Wel zo makkelijk.
Advies
Voor advies of hulp bij het juiste gebruik van het diabetesmateriaal kunt u (online) terecht bij onze diabetesverpleegkundigen. In sommige gevallen is het mogelijk om een huisbezoek te krijgen. Zo weet u zeker dat u het juiste doet.
Extra zekerheid
Bekijk hier de tips bij het gebruik van diabetesmateriaal.
Diabetesmaterialen om uw bloedsuiker te meten
-
Prikpen
Een prikpen gebruikt u om een druppel bloed uit uw vinger te krijgen. Dit wordt ook wel de ‘vingerprik’ genoemd. Deze druppel bloed gebruikt u om uw bloedsuiker te meten. U gebruikt de prikpen in combinatie met lancetten.
-
Lancetten
Lancetten zijn kleine naaldjes die u in de prikpen doet. Daarna spant u de prikpen en plaatst deze op uw vinger. U prikt met de lancet in uw vinger om een druppel bloed te krijgen.
-
Veiligheidslancetten
Veiligheidslancetten zijn lancetten die extra bescherming geven. We raden deze lancetten aan als een zorgverlener de vingerprik bij u uitvoert. Veiligheidslancetten zorgen ervoor dat de ander zich niet kan prikken aan uw lancet. Ze zitten in een beschermend omhulsel met een dop. Zo hoeft er geen los naaldje in de prikpen geplaatst te worden.
-
Bloedglucosemeter
Een bloedglucosemeter is een apparaat waarmee u uw bloedsuikerwaarde kunt meten. In de bloedglucosemeter stopt u voordat u gaat meten altijd een nieuwe teststrip.
-
Teststrips
De teststrip (die in de bloedglucosemeter zit) houdt u tegen de druppel bloed op uw vinger. De teststrip neemt het bloed dan op. Na een paar seconden kunt u de hoogte van uw bloedsuiker lezen op de bloedglucosemeter.
-
Diabetes sensor
Als u diabetes heeft is het belangrijk om uw bloedsuikerwaarde stabiel te houden. Daarom gebruiken steeds meer mensen een sensor. Met een sensor hoeft u niet meerdere keren per dag in uw vinger te prikken. Daarnaast geeft een sensor nog meer inzicht in uw glucosewaarden.
Er zijn twee typen sensoren. Beide typen meten de glucosewaarde in het interstitiële vocht. Dit is het vocht tussen de cellen in het onderhuids weefsel. Deze glucosewaarde heeft een vertraging van gemiddeld 10 -15 minuten in vergelijking met een bloedglucosewaarde met een teststrip meting. De twee typen zijn:
-
Continu Glucose Monitoring (CGM)
Deze kleine sensor meet uw glucosewaarde continue, tussen de één tot vijf minuten. Met een smartphone of reader leest u eenvoudig de waarden af.
-
Flash Glucose Monitoring (FGM)
Deze draagt u op de achterkant van de bovenarm. De sensor meet uw glucosewaarde. Met een mobiele telefoon of reader leest u eenvoudig de waarden af. Dit doet u door uw smartphone langs de sensor te bewegen.
Diabetesmaterialen om insuline in te spuiten
-
Insulinepen
Een insulinepen is een soort injectiespuit waarmee u uzelf insuline kunt toedienen. De insulinepen ziet eruit als een dikke vulpen..
Er zijn twee soorten insulinepennen:
- Voorgevulde insulinepennen Deze pennen zijn bedoeld voor eenmalig gebruik. Als de insulinepen leeg is, gooit u deze weg.
- Losse (navulbare) insulinepennen Deze pen kunt u steeds opnieuw gebruiken. Hier kunt u steeds een nieuw patroon (ampul) met insuline in plaatsen.
-
Pennaalden
Pennaalden zijn dunne naalden die u op de insulinepen draait. Daarna kunt u de insuline inspuiten in uw lichaam.
-
Veiligheidspennaalden
Veiligheidspennaalden zijn pennaalden met een dubbele bescherming. Veiligheidspennaalden worden aangeraden als een zorgverlener de insuline bij u inspuit. Veiligheidspennaalden zorgen ervoor dat de ander zich niet kan prikken aan uw pennaald.
-
Insulinepomp
Een insulinepomp is een klein apparaatje dat de hele dag door om de zoveel tijd (kortwerkende) insuline afgeeft. Er zijn twee verschillende insulinepompsystemen. Een conventionele pomp met een infuusslang verbonden met een naald in de huid van de buik. En een patchpomp. Deze zit direct op de huid, zonder infuusslangetje. Daarbij gebruikt u een personal diabetes manager (PDM). Met de PDM bedient u de patchpomp.
-
Naaldencontainers
Naaldencontainers zijn kunststof afvalbakjes voor gebruikte pennaalden en lancetten. Naaldencontainers vallen onder chemisch afval. U kunt ze inleveren bij uw BENU Apotheek of bij een speciaal inleverpunt.
Lees meer over: